Column Nel Kleverlaan: Geleende tijd

Praten over kanker

Ooit spraken we af om in ieder geval één keer per jaar samen te lunchen. Dat is twee keer gelukt, maar door de corona kwam het er niet meer van. Ik moet haar toch eens bellen, dacht ik. Dus vatte ik in oktober de koe bij de horens. En toen bleek het helemaal mis, ze had zojuist te horen gekregen dat ze kanker had. Er moest nog één onderzoek worden afgerond en dan zou ze weten hoe nu verder. Haar prognose zag er niet goed uit. ‘Wat moet ik nou?’ vroeg ze, toen we samen aan de koffie zaten. ‘Mijn tachtigste wil ik toch echt halen, die drie maanden red ik vast nog wel.’

We spraken over behandelingen, angsten, onzekerheden, hoop en kwaliteit van leven en haalden lachend oude herinneringen op. Na een uur was ze bekaf. We besloten de draad weer op te pakken en elkaar minimaal een keer per maand te zien.

Gisteren was ik bij haar. Ze heeft haar tachtigste verjaardag gehaald en leeft nu in geleende tijd. Elke dag gaat ze er opnieuw tegenaan. Soms met twijfels, vaak met berusting. Onzeker is ze wel, want wat staat haar nog te wachten? ‘Ik zou willen dat ik wist hoelang ik nog te leven had’, zegt ze. Om er meteen op te laten volgen: ‘Nou ja, dat voelt natuurlijk ook raar.’

De coronacrisis doet een extra beroep op haar draagkracht. Ze bridget graag, maar dat gaat nu niet door en ook dat wijntje in het strandpaviljoen zit er jammer genoeg niet meer in. Ze is al lange tijd weduwe en haar twee kinderen wonen niet naast de deur. Ze heeft een grote kennissenkring, maar per dag mag er maar één bezoeker komen. Toch houdt ze de moed erin. Van pyjamadagen houdt ze niet, dus komt ze elke ochtend haar bed uit, kleedt zich aan en doet zelf de boodschappen. Ze gebruikt een wandelstok, als het moet een rollator en stapt elke middag op de hometrainer. ‘Ik haal nog steeds vijf kilometer’, zegt ze niet zonder trots. ‘Ik denk dat ik het daarom zolang volhoud.’ Als de huisarts komt zit ze klaar met een lijstje met vragen en ook aan de wijkoncologie verpleegkundige heeft ze geweldig veel steun. Ze is moe, strijdbaar, stoer en ad rem.

Vandaag op Wereldkankerdag moet ik extra aan haar denken. Aan haar en al die andere mensen die kanker hebben. Aan hun partners, kinderen en kleinkinderen. Laten we hen in het zonnetje zetten, een bloemetje brengen of een kaartje sturen. Laten we hen warmte en aandacht geven, verrassen met iets lekkers of gewoon een boodschap voor hen doen. En vergeet niet dat er na deze dag nog veel meer dagen komen!

Tekst: Nel Kleverlaan
Foto’s: Jetro Fotografie